Maatregelen organisatie bij blootstelling aan asbest in ruimtes die onderdeel zijn van het energie transport en distributienet

Risico: Blootstelling aan asbest in ruimtes die onderdeel zijn van het energie transport- en distributienet

Beschrijving: Asbestvezels kunnen ongemerkt worden ingeademd en in de longen achterblijven. Dit kan ernstige longziekten veroorzaken. 

Algemeen:

  • Asbestverdachte materialen mag je nooit be- of verwerken.
  • Indien gesproken wordt over een Asbestdeskundige, wordt bedoeld een door de eigen organisatie aangewezen deskundig persoon.
  • Betreden van een ruimte E of G dient altijd te gebeuren conform betredingsmatrix, zie bijlage 1
  • Asbest-LMRA dient altijd bij betreding plaats te vinden, zie bijlage 3

Er wordt onderscheid gemaakt in beperkte werkzaamheden (Elektrotechnisch & Gastechnisch )” en alle overige werkzaamheden.

 


Overige werkzaamheden” zijn alle werkzaamheden die niet onder “beperkte werkzaamheden (E&G)” vallen. 

 

 

Maatregelen organisatie bij blootstelling aan asbest in ruimtes die onderdeel zijn van het energie transport en distributienet

  • Bepaal van ruimtes gebouwd voor 1 januari 1995 of met installaties van voor 1 januari 1995 de asbeststatus op basis van een asbestinventarisatie en risicobeoordeling, zie bijlage 2. Deze inventarisatie wordt uitgevoerd door bedrijven in het bezit van procescertificaat asbestinventarisatie of door eigen daartoe opgeleide medewerkers (Werkverantwoordelijke asbest (WVA)/GAI, voorheen DTAN/DIA)
  • Neem ruimtes die geïnventariseerd zijn als asbesthoudend op in een asbestbeheerprogramma.
  • Zorg dat geregistreerd wordt in welke ruimten asbest aanwezig is en zorg dat deze informatie beschikbaar is voor de betrokken werknemers.
  • Zorg dat asbest in een ruimte geïnventariseerd is voor dat asbest uit een ruimte verwijderd wordt.
  • Laat asbestbronnen die vallen in asbest risicoklasse laag of 1 verwijderen door een bedrijf in het bezit van een Procescertificaat Asbestverwijdering of door eigen daarvoor geïnstrueerd personeel volgens een (gevalideerde)werkinstructie.
  • Laat asbestbronnen die vallen in asbest risicoklasse 2 en 2A verwijderen door een bedrijf in het bezit van een Procescertificaat Asbestverwijdering op basis van een asbestinventarisatie uitgevoerd door een bedrijf in het bezit van een Procescertificaat Asbestinventarisatie.
  • Zorg dat bij verwijdering van asbest de noodzakelijke vergunningen aanwezig zijn en aan- en af- meldingen naar bevoegd gezag zijn gedaan.
  • Zorg dat “overige werkzaamheden” alleen uitgevoerd worden in ruimtes geclassificeerd als asbest vrij (groen) of asbest veilig (geel).
  • Zorg dat er beleid is om ruimtes met een asbeststatus onveilig midden (oranje) of onveilig hoog(rood) naar een asbeststatus groen (asbest vrij) of geel (asbest veilig) te krijgen.
  • Bij de uitvoering van werkzaamheden vindt toezicht en controle plaats volgens hetgeen is vastgelegd in de BEI LS/MSHS en VIAG en volgens de hiërarchische lijn. 
  • Zorg dat medewerkers die met asbest in aanraking kunnen worden opgeleid, en dus bekend zijn met de gevaren van asbest en herhaal dit regelmatig (herhalingsfrequentie 3 jaar).
  • In de opleiding dienen minimaal de volgende onderwerpen aan de orde te komen:
    • asbestherkenning
    • asbest wet en regelgeving
    • arbeidshygiëne, PBM en decontaminatie procedure.
  • Zorg dat personen die ruimtes betreden geïnventariseerd als “oranje” en “rood” geïnstrueerd en getraind zijn in het gebruik van noodzakelijke asbest PBM’s in combinatie met de decontaminatieprocedure en herhaal dit regelmatig.
  • Laat in geval van dringende niet uit te stellen werkzaamheden in een ruimte met asbeststatus “oranje” (of rood), voorafgaande aan de werkzaamheden, asbestdeskundige vaststellen of en met welke maatregelen die werkzaamheden uitgevoerd kunnen worden.
  • Zorg dat binnen de organisatie de asbestdeskundigen beschikbaar zijn. Dit zijn personen die  risico’s kunnen inschatten en maatregelen kunnen beoordelen op het gebied van de discipline waar de werkzaamheden worden uitgevoerd (bijv. veiligheidskundige) en daarbij ook de risico’s van de aanwezige asbesthoudende componenten (bijvoorbeeld Werkverantwoordelijke asbest (WVA)/GAI, voorheen DTAN/DIA) kunnen inschatten. De asbestdeskundige is niet direct betrokken bij de uitvoerende werkzaamheden. 
  • In de auditprogramma’s van de Netwerkbedrijven zijn de beheersmaatregelen op het gebied van asbest een vast onderdeel.
Maatregel voor: 
Organisatie
Maatregel status: 
Overeenstemming tussen werknemers en werkgeversOvereenstemming tussen werknemers en werkgevers
Datum: 
12 november 2020
Revisie informatie: 
15-11-15, 07-06-17, 31-10-17
randomness